De zeeduivel is een echte roofvis en verschuilt zich op de zandachtige zeebodems van de Atlantische oceaan. Vanaf Marokko tot aan Noorwegen toe. Ook in de Middellandse zee kan je hem tegenkomen. Moet je wel heel diep duiken.
Hij heeft een tentakel op zijn kop zitten die hij heen en weer beweegt. Dit lijkt dan op een klein visje en hier lokt hij andere vissen mee. Als ze in de buurt komen, hapt hij toe. Hij trekt de visjes met zijn grote bek vacuüm naar binnen.
Een zeeduivel kan wel 2 meter groot worden en 40 kg zwaar. Hij is bruin op zijn rug en wit op zijn buik. Zijn kop is 60% van zijn lichaam. Wij kunnen dus maar ongeveer 25% van deze vis eten. Daarom is het een best prijzige vis. Maar zeker de moeite waard om een keer te proberen.
In restaurants kan je hem vaak op de kaart vinden. Ook in het buitenland als je op vakantie bent, dan kan je hem vinden als Monkfish. Maar probeer hem ook echt eens thuis, gewoon naturel, zodat je de smaak van de Zeeduivel proeft!
Overigens ik hoor soms de opmerking van mensen dat ze niet van vis houden. Maar deze vis is, net als heel veel andere vissen, niet vissig van smaak. Dit klinkt een beetje gek, maar de ene vis heeft meer een vissmaak dan de andere. Sowieso hoort een verse vis niet naar vis te ruiken. Die ruikt naar de zee! Een Dorade heeft bijvoorbeeld een echte vissmaak, daar moet je van houden. Maar een Zeeduivel niet. Ik durf te zeggen dat bijna iedereen die lust.
Mijn favoriete recept: Zeeduivelfilet in stukjes van een paar cm gesneden. Omwikkelen met een goeie Parmaham. Deze stukjes in de oven grillen. Ikzelf vind het dan erg lekker met Nantuasaus, dit is een saus van schaal- en schelpdieren. Als je een keer wilt koken en indruk wilt maken, maak dit maar! Succes verzekerd!
Groetjes Angelique